Rozporządzać in het nederlands

Vertaling: rozporządzać, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
decreteren, verordenen, gelasten, opdracht, bevelen, decreet, beschikking, sommeren, beheersen, commando, commanderen, aanvoeren, bevel, Gooi, vervreemden, afvoeren, beschikken, verwijderen
Rozporządzać in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • chłodnictwo in het nederlands - afkoeling, koeling, koel-, koel, koelinstallaties
  • definicyjny in het nederlands - definities, definitiekwestie, definitionele, definiërend, definitorische
  • odstępca in het nederlands - verrader, afvallige, afvallig, apostaat, afvalligen, de afvallige
  • owsiany in het nederlands - haver, haverproducten, oat, van haver, haver van
Willekeurige woorden
Rozporządzać in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: decreteren, verordenen, gelasten, opdracht, bevelen, decreet, beschikking, sommeren, beheersen, commando, commanderen, aanvoeren, bevel, Gooi, vervreemden, afvoeren, beschikken, verwijderen