Ruszać in het nederlands
Vertaling: ruszać, Woordenboek: pools » nederlands
Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
opschudding, omzetten, agitatie, beïnvloeden, aanmaken, voeling, verplaatsen, aandoen, verlopen, uitrichten, overplaatsen, beweging, verleggen, voortmaken, verroeren, doen, verhuizing, bewegen, zet
Verwante woorden
Vertalingen
- aeroby in het nederlands - cardio, hart-, cardio-, cardiotraining
- ciągnąć in het nederlands - afbreken, rukken, plukken, tappen, trekken, afrukken, trek, ...
- napromienić in het nederlands - bestralen, Bestraal, te bestralen, het bestralen, bestraald
- nieprawidłowość in het nederlands - afwijking, abnormaliteit, obstipatie, onregelmatigheid, onregelmatigheden, de onregelmatigheid
Willekeurige woorden
Ruszać in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: opschudding, omzetten, agitatie, beïnvloeden, aanmaken, voeling, verplaatsen, aandoen, verlopen, uitrichten, overplaatsen, beweging, verleggen, voortmaken, verroeren, doen, verhuizing, bewegen, zet
Vertalingen: opschudding, omzetten, agitatie, beïnvloeden, aanmaken, voeling, verplaatsen, aandoen, verlopen, uitrichten, overplaatsen, beweging, verleggen, voortmaken, verroeren, doen, verhuizing, bewegen, zet