Skończyć in het nederlands
Vertaling: skończyć, Woordenboek: pools » nederlands
Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
afwerken, voleindigen, voleinding, behalen, verkrijgen, afsluiten, helder, louter, vol, ophouden, afmaken, uitmaken, aflopen, eind, afloop, puur, einde, uiteinde, end
Verwante woorden
Vertalingen
- interesowny in het nederlands - huurling, mercenary, huurlingen, huursoldaten, huursoldaat
- nieusuwalny in het nederlands - niet verwijderbaar, onwrikbaar, niet verwijderbare, onverwijderbare, een niet verwijderbare
- prom in het nederlands - schouw, bak, overzetboot, pont, veerpont, veerboot, pontveer, ...
Willekeurige woorden
Skończyć in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: afwerken, voleindigen, voleinding, behalen, verkrijgen, afsluiten, helder, louter, vol, ophouden, afmaken, uitmaken, aflopen, eind, afloop, puur, einde, uiteinde, end
Vertalingen: afwerken, voleindigen, voleinding, behalen, verkrijgen, afsluiten, helder, louter, vol, ophouden, afmaken, uitmaken, aflopen, eind, afloop, puur, einde, uiteinde, end