Użytkować in het nederlands

Vertaling: użytkować, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
benutten, zetten, doelstelling, uitbuiten, werkkring, aanwending, honk, uitmelken, doorvoeren, functie, doel, usance, baan, ambt, exploiteren, gewoonte, gebruik, gebruiken, het gebruik, gebruikt, toepassing
Użytkować in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • amplifikować in het nederlands - chargeren, vergroten, overdrijven, verheerlijken, te vergroten, magnify, vergroot
  • aula in het nederlands - gang, hal, montagehal, vergaderzaal, raadhuis, assemblagehal
  • dokuczliwie in het nederlands - ondeugend, schalks, ongunstig, mischievously, guitig
  • pompatycznie in het nederlands - hoogdravend, pompeus, gewichtig, pompously, pompeuze
Willekeurige woorden
Użytkować in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: benutten, zetten, doelstelling, uitbuiten, werkkring, aanwending, honk, uitmelken, doorvoeren, functie, doel, usance, baan, ambt, exploiteren, gewoonte, gebruik, gebruiken, het gebruik, gebruikt, toepassing