Uporać in het nederlands

Vertaling: uporać, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
beschouwen, beheren, nagaan, uitdelen, toedienen, dirigeren, voeren, overeenkomst, mennen, richten, rondleiden, rondgeven, achten, aanpakken, overwegen, overvloed, transactie, hoeveelheid, deal, veel
Uporać in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • dotować in het nederlands - subsidiëren, te subsidiëren, subsidiëring, subsidiëring van, subsidie
  • episkopat in het nederlands - bisdom, episcopaat, bisschopsambt, episcopate, bisschoppen
  • kelnerka in het nederlands - serveerster, serveerster heeft, waitress
  • nożownik in het nederlands - moordenaar, moorddadig, moordende, cutthroat, moordend
Willekeurige woorden
Uporać in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: beschouwen, beheren, nagaan, uitdelen, toedienen, dirigeren, voeren, overeenkomst, mennen, richten, rondleiden, rondgeven, achten, aanpakken, overwegen, overvloed, transactie, hoeveelheid, deal, veel