Zamieszkiwać in het nederlands

Vertaling: zamieszkiwać, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
beslaan, huizen, wonen, resideren, bezetten, bekleden, bewonen, bezighouden, ingezetene, inwoner, woonachtig, ingezeten, inwoner is
Zamieszkiwać in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • latacz in het nederlands - flyer, folder, vlieger, Folders, Vlieger van
  • nadziewać in het nederlands - aanhangen, kleven, staf, vastkleven, stok
  • obwiednia in het nederlands - envelop, enveloppe, couvert, middelen, envelope, omhulling
  • potańczyć in het nederlands - dans, bal, danspartij, dansen, dance, de dans
Willekeurige woorden
Zamieszkiwać in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: beslaan, huizen, wonen, resideren, bezetten, bekleden, bewonen, bezighouden, ingezetene, inwoner, woonachtig, ingezeten, inwoner is