Zanieczyścić in het nederlands
Vertaling: zanieczyścić, Woordenboek: pools » nederlands
Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
vuil, profaneren, besmetten, kwaad, ontheiligen, snood, afstotelijk, akelig, boosaardig, morsig, beroerd, smerig, fout, lelijk, onrein, naar, verontreinigen, vervuilen, besmet, verontreinigd
Verwante woorden
Vertalingen
- funkcja in het nederlands - toestand, honk, gesteldheid, betrekking, constellatie, situatie, doel, ...
- kurtaż in het nederlands - hulde, vrijen, gerechtshof, scharrelen, rechtbank, binnenplaats, eerbetoon, ...
- niesympatyczny in het nederlands - bars, onaangenaam, nurks, onaardig, nors, onplezierig, honds, ...
- ograniczoność in het nederlands - beperking, begrenzing, beperkt, beperkingen, beperkt tot
Willekeurige woorden
Zanieczyścić in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: vuil, profaneren, besmetten, kwaad, ontheiligen, snood, afstotelijk, akelig, boosaardig, morsig, beroerd, smerig, fout, lelijk, onrein, naar, verontreinigen, vervuilen, besmet, verontreinigd
Vertalingen: vuil, profaneren, besmetten, kwaad, ontheiligen, snood, afstotelijk, akelig, boosaardig, morsig, beroerd, smerig, fout, lelijk, onrein, naar, verontreinigen, vervuilen, besmet, verontreinigd