Apropriado in het nederlands

aprontar in het nederlands - klaarmaken, voorbereiden, aanmaken, bereiden, klaar, gereed, bereid, ...
apropriadamente in het nederlands - gevoeglijk, op de juiste wijze, adequaat, de juiste, passende wijze, naar behoren
apropriar in het nederlands - betamelijk, geschikt, gepast, passend, eigendom, eigendomsrecht, bezit, ...
aprovar in het nederlands - applaudisseren, toejuichen, goedkeuren, billijken, beamen, keuren, goed te keuren, ...

Willekeurige woorden

akkerbouw

akkoord

gemeenschap in het engels

parochiaan in het engels

Apropriado in het nederlands - Woordenboek: portugees » nederlands
Vertalingen: fatsoenlijk, geschikt, netjes, gepast, bruikbaar, passend, behoorlijk, keurig, betamelijk, voegzaam, toepasselijk, passende, juiste