Arguir in het nederlands

Vertaling: arguir, Woordenboek: portugees » nederlands

Brontaal:
portugees
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
betichten, pleiten, aangeven, verklikken, plezierig, krakelen, argumenteren, twisten, aanklagen, redetwisten, aanbrengen, aangenaam, klikken, beschuldigen, disputeren, genoeglijk, bepleiten, pleit, smeken, aanvoeren
Arguir in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • argila in het nederlands - modder, klei, slik, kreng, kadaver, lijk, drek, ...
  • argola in het nederlands - orkest, bende, wapenbalk, wal, troep, roepen, strook, ...
  • arguição in het nederlands - aangifte, telastlegging, aanklacht, beschuldiging, tenlastelegging, redenering, argumentatie, ...
  • argumentar in het nederlands - disputeren, argumenteren, twisten, krakelen, redetwisten, betogen, beweren, ...
Willekeurige woorden
Arguir in het nederlands - Woordenboek: portugees » nederlands
Vertalingen: betichten, pleiten, aangeven, verklikken, plezierig, krakelen, argumenteren, twisten, aanklagen, redetwisten, aanbrengen, aangenaam, klikken, beschuldigen, disputeren, genoeglijk, bepleiten, pleit, smeken, aanvoeren