Brecha in het nederlands

Vertaling: brecha, Woordenboek: portugees » nederlands

Brontaal:
portugees
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
breuk, stilte, onderbreking, interruptie, rust, doorbreken, schorsing, stukbreken, afbreken, pauze, gaping, scheuren, schenden, opening, bres, verbreken, kloof, hiaat, gat, leemte, gap
Brecha in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • braçadeira in het nederlands - klamp, klem, clamp, klemmen, beugel, de klem
  • braço in het nederlands - been, arm, wapen, filiaal, bewapenen, passerbeen, depot, ...
  • brejo in het nederlands - drasland, moer, moeras, broek, ven, Marsh, moerassen, ...
  • breve in het nederlands - tijdelijk, binnenkort, gauw, luttel, weinig, kastekort, summier, ...
Willekeurige woorden
Brecha in het nederlands - Woordenboek: portugees » nederlands
Vertalingen: breuk, stilte, onderbreking, interruptie, rust, doorbreken, schorsing, stukbreken, afbreken, pauze, gaping, scheuren, schenden, opening, bres, verbreken, kloof, hiaat, gat, leemte, gap