Dividir in het nederlands

Vertaling: dividir, Woordenboek: portugees » nederlands

Brontaal:
portugees
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
afscheiding, splitsen, verdelen, deels, scheur, onderdeel, deling, aandeel, gratie, scheiden, partieel, gedeeltelijk, afscheiden, pardon, partij, regio, delen, Share, deel, aandelen
Dividir in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • divertir in het nederlands - trakteren, vergasten, verstrooien, opvrolijken, onderhouden, recipiëren, afleiden, ...
  • divida in het nederlands - afzonderen, afwateringsgebied, scheiden, afbreken, splijten, afscheiden, doorklieven, ...
  • divino in het nederlands - goddelijk, geestelijke, goddelijke, de goddelijke, God, Gods
  • divisa in het nederlands - zinspreuk, motto, leus, slagzin, devies, lijfspreuk, leuze, ...
Willekeurige woorden
Dividir in het nederlands - Woordenboek: portugees » nederlands
Vertalingen: afscheiding, splitsen, verdelen, deels, scheur, onderdeel, deling, aandeel, gratie, scheiden, partieel, gedeeltelijk, afscheiden, pardon, partij, regio, delen, Share, deel, aandelen