Арендовать in het nederlands

Vertaling: арендовать, Woordenboek: russisch » nederlands

Brontaal:
russisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
uitkiezen, huren, verhuren, uitlezen, opdoeken, opeisen, toucheren, achten, behoren, beschouwen, dienen, halen, overwegen, toegeven, pachter, uittrekken, huur, huurprijs, te huur, verhuur
Арендовать in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • арендатор in het nederlands - schede, houder, landbouwer, boer, foedraal, pachter, landman, ...
  • арендованный in het nederlands - verhuurd, gehuurde, geleasde, verhuurde, geleasd
  • ареометр in het nederlands - hydrometer, areometer, de hydrometer, zuurweger, dichtheidsmeter
  • арест in het nederlands - vangen, greep, klemmen, aangaan, aanhouden, nijpen, aanhouding, ...
Willekeurige woorden
Арендовать in het nederlands - Woordenboek: russisch » nederlands
Vertalingen: uitkiezen, huren, verhuren, uitlezen, opdoeken, opeisen, toucheren, achten, behoren, beschouwen, dienen, halen, overwegen, toegeven, pachter, uittrekken, huur, huurprijs, te huur, verhuur