Заболевать in het nederlands

Vertaling: заболевать, Woordenboek: russisch » nederlands

Brontaal:
russisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
uitvallen, verschieten, herfst, val, afvallen, vallen, neerdaling, schemer, storten, schemering, najaar, schemerdonker, afdaling, neervallen, ziek maken, doen walgen, ziek, sicken, ziek te
Заболевать in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • заболеваемость in het nederlands - morbiditeit, ziekte, de morbiditeit, ziekte-, ziektecijfers
  • заболевание in het nederlands - ziekte, kwaal, aandoening, ziekten, misselijkheid, de ziekte, ziekte van, ...
  • заболевший in het nederlands - ziek, ziekelijk, zieke, aangetaste, ziekte
  • заболеть in het nederlands - zeer, beginnen, aanbreken, aanvangen, wee, pijn, ingaan, ...
Willekeurige woorden
Заболевать in het nederlands - Woordenboek: russisch » nederlands
Vertalingen: uitvallen, verschieten, herfst, val, afvallen, vallen, neerdaling, schemer, storten, schemering, najaar, schemerdonker, afdaling, neervallen, ziek maken, doen walgen, ziek, sicken, ziek te