Затворить in het nederlands

затвердить in het nederlands - land, aannemen, erkennen, goedkeuren, vormen, staat, staven, ...
затвор in het nederlands - afsluiten, grendelen, slot, bliksem, peddel, afgrendelen, peddelen, ...
затвориться in het nederlands - toe, besluiten, naast, dichtmaken, nabij, toedoen, verkeren, ...
затворник in het nederlands - kluizenaar, heremiet, recluse, kluizenares, afgezonderd

Willekeurige woorden

aanhechten

nadrukkelijk

meewerken in het engels

overblijfsel in het engels

pastoor in het engels

verzetting in het engels

Затворить in het nederlands - Woordenboek: russisch » nederlands
Vertalingen: dichtbij, sluiten, toe, toedoen, nabij, besluiten, dichtmaken, dichtdoen, naast, gesloten, dicht, afsluiten, sluit