Импульс in het nederlands

Vertaling: импульс, Woordenboek: russisch » nederlands

Brontaal:
russisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
aandrift, graaf, gril, drang, heftigheid, splijten, onstuimigheid, scheuren, uitbarsting, tel, vuur, aandrang, beïnvloeden, bewegen, invloed, barsten, pols, polsslag, puls, impuls, pulse
Импульс in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • импровизировать in het nederlands - mock, bespotten, spotten, te bespotten, spot
  • импровизирует in het nederlands - improviseert
  • импульсивность in het nederlands - uitvallen, afleggen, overlaten, opgeven, afstaan, prijsgeven, impulsiviteit, ...
  • импульсивный in het nederlands - luchthartig, luchtig, impulsief, impulsieve, impulsiviteit
Willekeurige woorden
Импульс in het nederlands - Woordenboek: russisch » nederlands
Vertalingen: aandrift, graaf, gril, drang, heftigheid, splijten, onstuimigheid, scheuren, uitbarsting, tel, vuur, aandrang, beïnvloeden, bewegen, invloed, barsten, pols, polsslag, puls, impuls, pulse