Исчисляться in het nederlands

Vertaling: исчисляться, Woordenboek: russisch » nederlands

Brontaal:
russisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
tal, totaalbedrag, bestaan, totaal, afstammen, hoeveelheid, aantal, zijn, verkeren, summa, som, bedrag, getal, leven, somma, komen, bedragen, bedraagt, belopen, bedrag om
Исчисляться in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • исчисляемый in het nederlands - telbaar, telbare, aftelbare, aftelbaar, Zelfstandig
  • исчислять in het nederlands - graad, beoordelen, zetten, stellen, tellen, waarderen, vermoeden, ...
  • италийский in het nederlands - cursief, italic, cursieve, schuin, schuine
  • италия in het nederlands - Italië, ITALIE, Italy
Willekeurige woorden
Исчисляться in het nederlands - Woordenboek: russisch » nederlands
Vertalingen: tal, totaalbedrag, bestaan, totaal, afstammen, hoeveelheid, aantal, zijn, verkeren, summa, som, bedrag, getal, leven, somma, komen, bedragen, bedraagt, belopen, bedrag om