Супруг in het nederlands

Vertaling: супруг, Woordenboek: russisch » nederlands

Brontaal:
russisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
stel, mensheid, span, snuiter, gemalin, echtpaar, manspersoon, echtelieden, koppel, sujet, paar, tweetal, knul, mens, individu, paren, echtgenoot, echtgenote, partner
Супруг in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • взрывчатый in het nederlands - springstof, explosief, ontplofbaar, explosieve, ontplofbare
  • захотеть in het nederlands - gelijkend, gelijkwaardig, verkiezen, begeren, euvel, tot, tekortkoming, ...
  • консультационный in het nederlands - adviserend, raadgevend, adviserende, raadgevende, adviesdiensten
  • медуница in het nederlands - longkruid, lungwort, het longkruid
Willekeurige woorden
Супруг in het nederlands - Woordenboek: russisch » nederlands
Vertalingen: stel, mensheid, span, snuiter, gemalin, echtpaar, manspersoon, echtelieden, koppel, sujet, paar, tweetal, knul, mens, individu, paren, echtgenoot, echtgenote, partner