Шишка in het nederlands
Vertaling: шишка, Woordenboek: russisch » nederlands
Brontaal:
russisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
patroon, knobbel, gevest, kegel, bochel, baas, hals, gebieder, bult, hoofd, opperhoofd, chef, heft, aanvoerder, buil, stoten, stoot, botsen
Verwante woorden
Vertalingen
- акупунктура in het nederlands - acupunctuur, acupunctuurpunten, de acupunctuur, van acupunctuur, acupunctuurpunt
- всхрапывать in het nederlands - ronken, knorren, snorken, snurken, gesnuif, snuiven, Snort, ...
- ненужный in het nederlands - overbodig, onnodig, vrij, overtollig, gratis, nodeloos, onnodige, ...
- опекунша in het nederlands - bewaarder, beheerder, beschermer, bewaker, voogd, hoedster, beschermengel
Willekeurige woorden
Шишка in het nederlands - Woordenboek: russisch » nederlands
Vertalingen: patroon, knobbel, gevest, kegel, bochel, baas, hals, gebieder, bult, hoofd, opperhoofd, chef, heft, aanvoerder, buil, stoten, stoot, botsen
Vertalingen: patroon, knobbel, gevest, kegel, bochel, baas, hals, gebieder, bult, hoofd, opperhoofd, chef, heft, aanvoerder, buil, stoten, stoot, botsen