Blízko in het nederlands
Vertaling: blízko, Woordenboek: slovaaks » nederlands
Brontaal:
slovaaks
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
eerstvolgend, zowat, besluiten, bijna, dichtdoen, naburig, bijkans, dichtbij, aangrenzend, naast, daarnaast, toedoen, schier, sluiten, komend, nabij, dicht, nauw, de buurt
Verwante woorden
Vertalingen
- bláznovský in het nederlands - pias, zany, absurde, maffe, knotsgekke
- blázon in het nederlands - domkop, clown, gek, domoor, hansworst, sufferd, dwaas, ...
- blízkosť in het nederlands - buurt, nabijheid, nabijheid van, de nabijheid, omgeving
- blízky in het nederlands - sluiten, dichtbij, naast, nabij, schier, bijna, besluiten, ...
Willekeurige woorden
Blízko in het nederlands - Woordenboek: slovaaks » nederlands
Vertalingen: eerstvolgend, zowat, besluiten, bijna, dichtdoen, naburig, bijkans, dichtbij, aangrenzend, naast, daarnaast, toedoen, schier, sluiten, komend, nabij, dicht, nauw, de buurt
Vertalingen: eerstvolgend, zowat, besluiten, bijna, dichtdoen, naburig, bijkans, dichtbij, aangrenzend, naast, daarnaast, toedoen, schier, sluiten, komend, nabij, dicht, nauw, de buurt