Hráč in het nederlands

Vertaling: hráč, Woordenboek: slovaaks » nederlands

Brontaal:
slovaaks
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
speler, toneelspeler, musicus, toonkunstenaar, speelman, acteur, komediant, muzikant, Player, Spelersgroep, spelers
Hráč in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • hruška in het nederlands - peer, peren, pear, perenbomen
  • hrách in het nederlands - erwt, pea, erwten, voedererwten
  • hráčka in het nederlands - muzikant, musicus, komediant, toneelspeler, toonkunstenaar, acteur, speelman, ...
  • hríbe in het nederlands - veulen, foal, het Veulen, veulentje, Het Veulen van
Willekeurige woorden
Hráč in het nederlands - Woordenboek: slovaaks » nederlands
Vertalingen: speler, toneelspeler, musicus, toonkunstenaar, speelman, acteur, komediant, muzikant, Player, Spelersgroep, spelers