Ruch in het nederlands
Vertaling: ruch, Woordenboek: slovaaks » nederlands
Brontaal:
slovaaks
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
circulatie, radioactiviteit, werking, haast, passage, optreden, actie, roulatie, handeling, verkeer, beweging, bedrijvigheid, toedoen, aandrang, toevloed, bloedaandrang, stormloop, drukte, haasten, spits
Verwante woorden
Vertalingen
- rubrika in het nederlands - hoofd, zuil, pilaar, kolom, rubriek, colonne, steunpilaar, ...
- rubín in het nederlands - blozend, rood, robijn, robijnrood, ruby, robijnrode, robijnen
- ruda in het nederlands - erts, ore, ertsen, hours
- ruina in het nederlands - ravage, puinhoop, verderven, ruïne, ruïneren, vernielen, verwoesten, ...
Willekeurige woorden
Ruch in het nederlands - Woordenboek: slovaaks » nederlands
Vertalingen: circulatie, radioactiviteit, werking, haast, passage, optreden, actie, roulatie, handeling, verkeer, beweging, bedrijvigheid, toedoen, aandrang, toevloed, bloedaandrang, stormloop, drukte, haasten, spits
Vertalingen: circulatie, radioactiviteit, werking, haast, passage, optreden, actie, roulatie, handeling, verkeer, beweging, bedrijvigheid, toedoen, aandrang, toevloed, bloedaandrang, stormloop, drukte, haasten, spits