Doména in het nederlands

domorodec in het nederlands - binnenlands, oerbewoner, autochtoon, inboorling, aangeboren, ingeboren, inlander, ...
domov in het nederlands - thuis, woning, onderkomen, tehuis, huishouding, logies, huishouden, ...
dopis in het nederlands - brief, epistel, missive, letter, zendbrief, schrijven, letters, ...
dopust in het nederlands - vakantie, vertrekken, overlaten, laten, verlof, achterlaten

Willekeurige woorden

afschrift

afschrijven

achthoek in het engels

afkoelen in het engels

dosering in het engels

overhouden in het engels

roerend in het engels

schildwacht in het engels

Doména in het nederlands - Woordenboek: sloveens » nederlands
Vertalingen: rijk, sfeer, goed, staat, bol, omgeving, koninkrijk, kloot, gebied, domein, domeinregistratie, domeinnaam, domeinbeheer