Constreñir in het nederlands

Vertaling: constreñir, Woordenboek: spaans » nederlands

Brontaal:
spaans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
aanduwen, forceren, sterkte, geweldpleging, tappen, dwingen, doordrukken, verplichten, macht, trekken, personeel, stoten, opdringen, noodzaken, douwen, rukken, beperken, te beperken, inperken, perken
Constreñir in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • constitutivo in het nederlands - beginsel, element, bestanddeel, constitutieve, constitutief, constituerende
  • constituyente in het nederlands - bestanddeel, element, beginsel, constituerend, samenstellende, bestanddelen, constituerende
  • construcción in het nederlands - aanbouw, structuur, gebouw, inrichting, samenstelling, constructie, bouw, ...
  • constructor in het nederlands - bouwondernemer, aannemer, bouwer, constructeur, constructorfunctie
Willekeurige woorden
Constreñir in het nederlands - Woordenboek: spaans » nederlands
Vertalingen: aanduwen, forceren, sterkte, geweldpleging, tappen, dwingen, doordrukken, verplichten, macht, trekken, personeel, stoten, opdringen, noodzaken, douwen, rukken, beperken, te beperken, inperken, perken