Diminuto in het nederlands

dimensión in het nederlands - omvang, dimensie, grootte, afmeting, attribuut, bestek, uitgebreidheid, ...
diminutivo in het nederlands - karig, klein, minuscuul, luttel, min, gering, verkleinwoord, ...
dimisión in het nederlands - gelatenheid, berusting, ontslag, aftreden, ontslagneming
dimitir in het nederlands - afstaan, bedanken, neerleggen, uitvallen, opgeven, aftreden, ontslag nemen, ...

Willekeurige woorden

almachtig

dynamisch

aanbranden in het engels

geestvervoering in het engels

panorama in het engels

Diminuto in het nederlands - Woordenboek: spaans » nederlands
Vertalingen: karig, gering, wip, moment, oogwenk, klein, luttel, tel, propperig, ogenblik, minuut, min, tijdstip, minuscuul, miniem, kleine, uiterst kleine