Inflamar in het nederlands

Vertaling: inflamar, Woordenboek: spaans » nederlands

Brontaal:
spaans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
vuren, vlam, schieten, aanmaken, ontslaan, ambitie, ijver, ontbranden, aansteken, vuur, royeren, ontzetten, brand, opwinding, paffen, vuurzee, ontvlammen, wakkeren, inflame, te wakkeren
Inflamar in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • inflamable in het nederlands - brandbaar, licht ontvlambaar, brandbare, ontvlambaar, ontvlambare
  • inflamación in het nederlands - ontsteking, ontstekingen, inflammatie, een ontsteking, de ontsteking
  • inflamatorio in het nederlands - opruiend, inflammatoire, inflammatoir, ontstekingsreactie, ontstekingsziekten
  • inflar in het nederlands - opblazen, oppompen, blazen, te blazen, op te blazen
Willekeurige woorden
Inflamar in het nederlands - Woordenboek: spaans » nederlands
Vertalingen: vuren, vlam, schieten, aanmaken, ontslaan, ambitie, ijver, ontbranden, aansteken, vuur, royeren, ontzetten, brand, opwinding, paffen, vuurzee, ontvlammen, wakkeren, inflame, te wakkeren