Lacerar in het nederlands

Vertaling: lacerar, Woordenboek: spaans » nederlands

Brontaal:

spaans

Doeltaal:

nederlands

Vertalingen:

nadeel, blessure, havenen, schade, beschadigen, bederven, gewond, lijden, verwonding, kwetsen, afbreuk, verwonden, kwetsuur, letsel, aangeschoten, vaneenscheuren, lacerate, openscheuren, kwellen, plagen

Verwante woorden

nadeel in het spaans

blessure in het spaans

havenen in het spaans

schade in het spaans

beschadigen in het spaans

bederven in het spaans

gewond in het spaans

lijden in het spaans

verwonding in het spaans

kwetsen in het spaans

afbreuk in het spaans

verwonden in het spaans

kwetsuur in het spaans

letsel in het spaans

aangeschoten in het spaans

Vertalingen

labrar in het nederlands - voortbrengen, maken, werk, werken, functioneren, werkplek, emplooi, ...
lacayo in het nederlands - herenknecht, lakei, livreiknecht, trapstokje, footman, voetknecht
lacra in het nederlands - wondteken, litteken, littekens, littekenweefsel, scar, littekenvorming
lacrar in het nederlands - bezegelen, verzegelen, rob

Willekeurige woorden

archaïsch in het engels

genootschap in het engels

ingevallen in het engels

schelmachtig in het engels

Lacerar in het nederlands - Woordenboek: spaans » nederlands
Vertalingen: nadeel, blessure, havenen, schade, beschadigen, bederven, gewond, lijden, verwonding, kwetsen, afbreuk, verwonden, kwetsuur, letsel, aangeschoten, vaneenscheuren, lacerate, openscheuren, kwellen, plagen