Predecir in het nederlands

Vertaling: predecir, Woordenboek: spaans » nederlands

Brontaal:
spaans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
voorzeggen, beduiden, waarzeggen, voorspellen, te voorspellen, voorspellen van, voorspeld, voorspel
Predecir in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • precursor in het nederlands - voorloper, voorloper van, precursoren
  • predecesor in het nederlands - voorganger, voorloper, vorige, voorganger van
  • predestinación in het nederlands - voorbestemming, voorbeschikking, predestinatie, uitverkiezing, de predestinatie
  • predestinar in het nederlands - voorbeschikken, voorbestemmen, predestineren
Willekeurige woorden
Predecir in het nederlands - Woordenboek: spaans » nederlands
Vertalingen: voorzeggen, beduiden, waarzeggen, voorspellen, te voorspellen, voorspellen van, voorspeld, voorspel