Transcurrir in het nederlands

Vertaling: transcurrir, Woordenboek: spaans » nederlands

Brontaal:
spaans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
aanreiken, overtreffen, doorgeven, uitmunten, inhalen, overgaan, doorbrengen, verlopen, overtroeven, aangeven, passeren, langsgaan, uitblinken, omkomen, verstrijken, verstreken, verstrijkt, zijn verstreken
Transcurrir in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • transacción in het nederlands - transactie, verrichting, transacties, transactiekosten, handeling
  • transcribir in het nederlands - overschrijven, transcriberen, te transcriberen, transcriptie, getranscribeerd
  • transcurso in het nederlands - koers, tracé, baan, leergang, traject, parcours, route, ...
  • transeúnte in het nederlands - voorbijganger, voorbijgangers, passant, passerby, voor voorbijgangers
Willekeurige woorden
Transcurrir in het nederlands - Woordenboek: spaans » nederlands
Vertalingen: aanreiken, overtreffen, doorgeven, uitmunten, inhalen, overgaan, doorbrengen, verlopen, overtroeven, aangeven, passeren, langsgaan, uitblinken, omkomen, verstrijken, verstreken, verstrijkt, zijn verstreken