Úchop in het nederlands
Vertaling: úchop, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
arrest, vasthouden, aanhouding, goedvinden, houden, behouden, begrijpen, hebben, verlating, koffer, conserveren, oor, arrestatie, valies, vatten, boeken, greep, houvast, grip, handgreep, handvat
Verwante woorden
Vertalingen
- úbytek in het nederlands - drop, vermindering, deficit, droppel, inkorten, reductie, afwezigheid, ...
- úběl in het nederlands - übel
- úchylka in het nederlands - afwisseling, afwijking, aberratie, deviatie, afwijkingen, afgeweken
- úchylnost in het nederlands - abnormaliteit, afwijking, perversiteit, verdorvenheid, verkeerdheid, ongerechtigheid, onrecht
Willekeurige woorden
Úchop in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: arrest, vasthouden, aanhouding, goedvinden, houden, behouden, begrijpen, hebben, verlating, koffer, conserveren, oor, arrestatie, valies, vatten, boeken, greep, houvast, grip, handgreep, handvat
Vertalingen: arrest, vasthouden, aanhouding, goedvinden, houden, behouden, begrijpen, hebben, verlating, koffer, conserveren, oor, arrestatie, valies, vatten, boeken, greep, houvast, grip, handgreep, handvat