Člověk in het nederlands
Vertaling: člověk, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
persoonlijk, mensheid, personage, individueel, één, knul, sujet, gemoed, geest, hoofdelijk, samen, makker, je, man, manspersoon, snuiter, mens, de mens, mensen
Verwante woorden
Vertalingen
- členský in het nederlands - lidmaat, lid, aanhanger, penis
- členění in het nederlands - legerafdeling, divisie, verdeling, deling, afdeling, verdeeldheid
- člun in het nederlands - schuit, zolderschuit, aak, boot, de boot, schip, boat, ...
- člunek in het nederlands - shuttle, pendeldienst, pendeldienst van, pendeldienst naar, pendeldienst van en naar
Willekeurige woorden
Člověk in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: persoonlijk, mensheid, personage, individueel, één, knul, sujet, gemoed, geest, hoofdelijk, samen, makker, je, man, manspersoon, snuiter, mens, de mens, mensen
Vertalingen: persoonlijk, mensheid, personage, individueel, één, knul, sujet, gemoed, geest, hoofdelijk, samen, makker, je, man, manspersoon, snuiter, mens, de mens, mensen