Buřič in het nederlands

Vertaling: buřič, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
opstandig, oproerig, muiter, oproerling, rebel, oproermaker, rioter, relschopper, oproerkraaier
Buřič in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • buňka in het nederlands - cachot, cel, mobiele, cellen, cell
  • buňkový in het nederlands - cellulair, cellulaire, mobiele, de cellulaire, cellen
  • buřičský in het nederlands - opruiend, opruiende, oproerige, opstandige, oproerig
  • buš in het nederlands - struik, heester, binnenland, outback, de outback, het binnenland, outback van
Willekeurige woorden
Buřič in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: opstandig, oproerig, muiter, oproerling, rebel, oproermaker, rioter, relschopper, oproerkraaier