Dědictví in het nederlands
Vertaling: dědictví, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
opeenvolging, versterf, erfdeel, erfenis, erfstuk, boedel, versterving, opvolging, erfgoed, heritage, erfgoed van, het erfgoed
Verwante woorden
Vertalingen
- dědeček in het nederlands - opa, grootvader, grootvader van, overgrootvader, de grootvader
- dědic in het nederlands - erfgenaam, erfgenaam van, erfgename, opvolger, de erfgenaam
- dědit in het nederlands - erven, afdalen, beërven, erft, beerven, overnemen
- dědičnost in het nederlands - versterving, erfenis, erfdeel, erfstuk, versterf, overerfelijkheid, boedel, ...
Willekeurige woorden
Dědictví in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: opeenvolging, versterf, erfdeel, erfenis, erfstuk, boedel, versterving, opvolging, erfgoed, heritage, erfgoed van, het erfgoed
Vertalingen: opeenvolging, versterf, erfdeel, erfenis, erfstuk, boedel, versterving, opvolging, erfgoed, heritage, erfgoed van, het erfgoed