Hrát in het nederlands

Vertaling: hrát, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
akten, opdraven, uitwerken, sport, laten, aanwenden, bespelen, voorspelen, bedrijf, daad, mutant, bedrijven, betrachten, sportman, uitvoeren, werking, spelen, te spelen, afspelen, speelt, speel
Hrát in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • hryzat in het nederlands - knauwen, knabbelen, beitsen, knagen, bijten, happen, beet, ...
  • hrách in het nederlands - erwt, pea, erwten, voedererwten
  • hráz in het nederlands - afsluiting, mol, dijk, haag, steg, kade, dam, ...
  • hráč in het nederlands - acteur, muzikant, speler, speelman, toonkunstenaar, toneelspeler, komediant, ...
Willekeurige woorden
Hrát in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: akten, opdraven, uitwerken, sport, laten, aanwenden, bespelen, voorspelen, bedrijf, daad, mutant, bedrijven, betrachten, sportman, uitvoeren, werking, spelen, te spelen, afspelen, speelt, speel