Jít in het nederlands

Vertaling: jít, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
opstap, maatregel, lopen, treden, worden, verlopen, overgaan, raken, mate, standhouden, maart, omkomen, werken, opstapje, voetstap, komen, gaan, ga, naar, te gaan, gaat
Jít in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • jíní in het nederlands - vorst, rijp, rijm, hoarfrost, vluchtmogelijkheden, rijp worden behandeld
  • jíst in het nederlands - eten, nuttigen, vreten, bikken, gebruiken, opeten, eet, ...
  • jízda in het nederlands - uitstapje, paardenvolk, proef, toer, zet, functioneren, baan, ...
  • jízdenka in het nederlands - biljet, plaatskaartje, plaatsbewijs, kaartje, bon, ticket, tickets, ...
Willekeurige woorden
Jít in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: opstap, maatregel, lopen, treden, worden, verlopen, overgaan, raken, mate, standhouden, maart, omkomen, werken, opstapje, voetstap, komen, gaan, ga, naar, te gaan, gaat