Kazatel in het nederlands

Vertaling: kazatel, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
predikant, kanselredenaar, prediker, Preacher, dominee, de Prediker
Kazatel in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • kaz in het nederlands - smetten, tekort, euvel, vergissing, gebrek, smet, vlek, ...
  • kazajka in het nederlands - buis, hes, kiel, vest, boezeroen, colbert, herenvest, ...
  • kazatelna in het nederlands - katheder, podium, tribune, kansel, preekstoel, boegreling, spreekgestoelte, ...
  • kazeta in het nederlands - patroon, rechtsgeding, aangelegenheid, affaire, kardoes, zaak, proces, ...
Willekeurige woorden
Kazatel in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: predikant, kanselredenaar, prediker, Preacher, dominee, de Prediker