Máchat in het nederlands

Vertaling: máchat, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
gorgelen, spoelen, afspoelen, spoel, te spoelen, uitspoelen
Máchat in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • mzda in het nederlands - gewin, uitbetaling, beloning, voldoen, belang, salaris, schenken, ...
  • má in het nederlands - mijn, heeft, beschikt, is, biedt, beschikt over
  • mág in het nederlands - magisch, toverachtig, grootmeester, duivelskunstenaar, tovenaar, mage, magiër, ...
Willekeurige woorden
Máchat in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: gorgelen, spoelen, afspoelen, spoel, te spoelen, uitspoelen