Množství in het nederlands

Vertaling: množství, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
gastheer, beschouwen, paal, ronddelen, besturen, bedenken, gezichtsvermogen, tal, vizier, som, overeenkomst, accumuleren, richten, zoeker, summa, omvang, hoeveelheid, kwantiteit, grootheid, Aantal, hoeveelheden
Množství in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • množina in het nederlands - apparaat, bende, hulpmiddelen, algeheel, compleet, streep, leggen, ...
  • množit in het nederlands - toenemen, ras, verhoging, telen, uitbouwen, ophogen, fokken, ...
  • mobilita in het nederlands - mobiliteit, beweeglijkheid, Mobility, de mobiliteit, mobiliteit van
  • mobilizace in het nederlands - mobilisatie, beschikbaarstelling, mobilisering, mobiliseren, beschikbaar stellen
Willekeurige woorden
Množství in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: gastheer, beschouwen, paal, ronddelen, besturen, bedenken, gezichtsvermogen, tal, vizier, som, overeenkomst, accumuleren, richten, zoeker, summa, omvang, hoeveelheid, kwantiteit, grootheid, Aantal, hoeveelheden