Mořit in het nederlands

Vertaling: mořit, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
vlek, bezoedelen, smet, slopen, smetten, zorgen, verteren, consumeren, bekladden, verbruiken, verorberen, kastijden, macereren, maceraat, verweken, moedermaceraat
Mořit in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • moře in het nederlands - zee, maritiem, overzees, op zee, de zee, zee-
  • mořeplavec in het nederlands - navigator, navigatiesysteem, de Navigator
  • mořský in het nederlands - maritiem, zee, marinier, zee-, mariene, marine
  • mošna in het nederlands - portefeuille, recepis, scrip, male, scrips, reiszak
Willekeurige woorden
Mořit in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: vlek, bezoedelen, smet, slopen, smetten, zorgen, verteren, consumeren, bekladden, verbruiken, verorberen, kastijden, macereren, maceraat, verweken, moedermaceraat