Nářečí in het nederlands

Vertaling: nářečí, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
dialect, jargon, taaltje, tongval, dialekt, het dialect, dialect van, dialecten
Nářečí in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • nářez in het nederlands - afranseling, meppen, whacking, het meppen, te meppen
  • nářeční in het nederlands - landstaal, moedertaal, volkstaal, de volkstaal, eigentijdse
  • náš in het nederlands - ons, onze, van onze
  • nést in het nederlands - uitmaken, aandragen, rekenen, verwijderen, afwerpen, wegdoen, opdoeken, ...
Willekeurige woorden
Nářečí in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: dialect, jargon, taaltje, tongval, dialekt, het dialect, dialect van, dialecten