Národ in het nederlands
Vertaling: národ, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
land, volksstam, dalen, lui, ondergrond, lieden, openbaar, volk, gebied, goed, grond, publiek, huizen, mensen, natie, landen, nationale, naturaliseer
Verwante woorden
Vertalingen
- náraz in het nederlands - aanvaring, aanrijding, schok, beïnvloeden, inslaan, aandoen, opvallen, ...
- nárazník in het nederlands - bumper, stootkussen, buffer, bumpersticker, bumperstickers, de bumper
- národnost in het nederlands - nationaliteit, nationaliteit in, de nationaliteit, nationaliteit Naar
- národnostní in het nederlands - nationaal, vaderlands, staatsburger, nationale, de nationale, het nationale
Willekeurige woorden
Národ in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: land, volksstam, dalen, lui, ondergrond, lieden, openbaar, volk, gebied, goed, grond, publiek, huizen, mensen, natie, landen, nationale, naturaliseer
Vertalingen: land, volksstam, dalen, lui, ondergrond, lieden, openbaar, volk, gebied, goed, grond, publiek, huizen, mensen, natie, landen, nationale, naturaliseer