Nabít in het nederlands

Vertaling: nabít, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
laden, tenlastelegging, lading, telastlegging, belasten, aanklacht, inladen, vracht, beschuldiging, beklag, beladen, last, berekenen, in rekening brengen, kosten
Nabít in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • nabíjet in het nederlands - lading, last, vracht, belasten, laden, inladen, beladen, ...
  • nabílit in het nederlands - witten, bleken, witter, Whiten, witter te
  • nabízet in het nederlands - opdracht, voorstellen, indienen, presenteren, bod, aanbieden, huwelijksaanzoek, ...
  • nabýt in het nederlands - toucheren, voordeel, buit, verdienen, verkrijgen, bereiken, genieten, ...
Willekeurige woorden
Nabít in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: laden, tenlastelegging, lading, telastlegging, belasten, aanklacht, inladen, vracht, beschuldiging, beklag, beladen, last, berekenen, in rekening brengen, kosten