Normál in het nederlands

Vertaling: normál, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
pinnig, middelbaar, norm, maatregel, hebzuchtig, normaal, gierig, criterium, grootte, vrekkig, schraperig, betekenen, standaardmaat, gemiddeld, inhalig, gelijkheid, normale, de normale, gewone, een normale
Normál in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • normovat in het nederlands - scaling, schaling, schaalvergroting, schalen, schrapen
  • normování in het nederlands - normalisering, normalisatie, standaardisatie, standaardisering
  • normální in het nederlands - ruw, onbewerkt, gelijkmatig, plat, gewoonte, natuurlijk, regelmatig, ...
  • norník in het nederlands - terriër, terrier, terriër van, De terriër, terrier Niet
Willekeurige woorden
Normál in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: pinnig, middelbaar, norm, maatregel, hebzuchtig, normaal, gierig, criterium, grootte, vrekkig, schraperig, betekenen, standaardmaat, gemiddeld, inhalig, gelijkheid, normale, de normale, gewone, een normale