Obor in het nederlands
Vertaling: obor, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
bestraffing, modus, gouw, streek, trekken, goed, deun, terrein, streep, frons, plooi, fronsen, landstreek, usance, verdeling, ban, veld, akker, gebied, gebied van
Verwante woorden
Vertalingen
- obojživelník in het nederlands - amfibie, amfibieën, amfibische
- obojživelný in het nederlands - amfibisch, amfibische, amfibie, amfibievoertuig, amfibievoertuigen
- obora in het nederlands - kraal, park, Park van, het park, parkeren
- oboustrannost in het nederlands - wederkerigheid, mutualiteit, ziekenfonds, gemeenschappelijkheid, mutuality
Willekeurige woorden
Obor in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: bestraffing, modus, gouw, streek, trekken, goed, deun, terrein, streep, frons, plooi, fronsen, landstreek, usance, verdeling, ban, veld, akker, gebied, gebied van
Vertalingen: bestraffing, modus, gouw, streek, trekken, goed, deun, terrein, streep, frons, plooi, fronsen, landstreek, usance, verdeling, ban, veld, akker, gebied, gebied van