Obtíž in het nederlands
Vertaling: obtíž, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
smart, hinder, moeilijkheid, bezwaar, vraagpunt, strubbeling, vraagstuk, verdriet, strik, kwestie, knoop, opgave, probleem, knopen, geprikkeldheid, Moeilijkheidsgraad, moeilijkheden, moeite, moeilijk
Verwante woorden
Vertalingen
- obtáčení in het nederlands - zweepslagen, geseling, opzwepende, ranselende, zweep
- obtékat in het nederlands - lopen, loop, stroom, stromen, stroming, vloeien, vlieten, ...
- obtížit in het nederlands - lading, last, vracht, laden, beladen, belasten, inladen, ...
- obtížnost in het nederlands - bezwaar, strubbeling, moeilijkheid, Moeilijkheidsgraad, moeilijkheden, moeite, moeilijk
Willekeurige woorden
Obtíž in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: smart, hinder, moeilijkheid, bezwaar, vraagpunt, strubbeling, vraagstuk, verdriet, strik, kwestie, knoop, opgave, probleem, knopen, geprikkeldheid, Moeilijkheidsgraad, moeilijkheden, moeite, moeilijk
Vertalingen: smart, hinder, moeilijkheid, bezwaar, vraagpunt, strubbeling, vraagstuk, verdriet, strik, kwestie, knoop, opgave, probleem, knopen, geprikkeldheid, Moeilijkheidsgraad, moeilijkheden, moeite, moeilijk