Přibývání in het nederlands

Vertaling: přibývání, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
aangroeien, verhoging, uitbreiden, wassen, groei, opdrijven, vermeerderen, verheffen, ophogen, vergroten, uitbouwen, toename, toenemen, verhogen, te verhogen, te vergroten
Přibývání in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • přibývající in het nederlands - toenemend, toenemende, verhogen, het verhogen, het verhogen van
  • přibývat in het nederlands - aankweken, verheffen, verhoging, fokken, heffen, bebouwen, groei, ...
  • přicestovat in het nederlands - arriveren, afstammen, belanden, komen, aankomen, aankomt
  • přichystat in het nederlands - gereed, zetten, af, school, voorbereiden, gelegen, inrichting, ...
Willekeurige woorden
Přibývání in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: aangroeien, verhoging, uitbreiden, wassen, groei, opdrijven, vermeerderen, verheffen, ophogen, vergroten, uitbouwen, toename, toenemen, verhogen, te verhogen, te vergroten