Plout in het nederlands

Vertaling: plout, Woordenboek: tsjechisch » nederlands

Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
mennen, lopen, verlopen, zeilen, linnen, os, doek, drijven, velum, dirigeren, gaan, werken, navigeren, worden, zwemmen, vlotten, zeil, varen, sail, zeiltocht
Plout in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • plombovat in het nederlands - invullen, stoppen, volmaken, bezegelen, uitvoeren, dempen, vullen, ...
  • plombování in het nederlands - afdichting, afdichten, verzegelen, Sealing, afdichten van
  • ploutev in het nederlands - vin, fin, def, vinnen
  • ploužit in het nederlands - kruipen, trekken, gezwoeg, plod, ploeteren, plodding moeizaam
Willekeurige woorden
Plout in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: mennen, lopen, verlopen, zeilen, linnen, os, doek, drijven, velum, dirigeren, gaan, werken, navigeren, worden, zwemmen, vlotten, zeil, varen, sail, zeiltocht