Pobočka in het nederlands
Vertaling: pobočka, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
aanhangsel, bijbehorend, bijkomend, aannemen, tak, afdeling, depot, dochteronderneming, secundair, filiaal, bijkomstig, affiliëren, aftakking, bijkantoor, branche
Verwante woorden
Vertalingen
- pobouření in het nederlands - beweging, onrust, verontwaardiging, bewegen, rel, roerigheid, kabaal, ...
- pobouřit in het nederlands - irriteren, opschudding, ophitsen, agitatie, bewegen, beroering, opstoken, ...
- pobočník in het nederlands - adjudant, ordonnansofficier, assistent, adjutant, adjudant van
- pobočný in het nederlands - bijkomstig, bijkomend, bijbehorend, dochtermaatschappij, dochteronderneming, filiaal, dochterbedrijf, ...
Willekeurige woorden
Pobočka in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: aanhangsel, bijbehorend, bijkomend, aannemen, tak, afdeling, depot, dochteronderneming, secundair, filiaal, bijkomstig, affiliëren, aftakking, bijkantoor, branche
Vertalingen: aanhangsel, bijbehorend, bijkomend, aannemen, tak, afdeling, depot, dochteronderneming, secundair, filiaal, bijkomstig, affiliëren, aftakking, bijkantoor, branche