Rozkoš in het nederlands
Vertaling: rozkoš, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
genoegen, zin, passie, roes, wellust, vermaak, plezier, verrukken, behagen, genot, pret, welbehagen, lust, welgevallen, geilheid, hartstocht, verrukking, vreugde, delight
Verwante woorden
Vertalingen
- rozkousat in het nederlands - kauwen, te kauwen, kauw, kauwt, op te kauwen
- rozkouskovat in het nederlands - in stukken gehakt
- rozkošný in het nederlands - plezierig, aardig, geil, schattig, genoeglijk, betoverend, heerlijk, ...
- rozkrádat in het nederlands - stelen, thieve, dief, dieven
Willekeurige woorden
Rozkoš in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: genoegen, zin, passie, roes, wellust, vermaak, plezier, verrukken, behagen, genot, pret, welbehagen, lust, welgevallen, geilheid, hartstocht, verrukking, vreugde, delight
Vertalingen: genoegen, zin, passie, roes, wellust, vermaak, plezier, verrukken, behagen, genot, pret, welbehagen, lust, welgevallen, geilheid, hartstocht, verrukking, vreugde, delight