Rubín in het nederlands
Vertaling: rubín, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
blozend, robijn, rood, robijnrood, ruby, robijnrode, robijnen
Vertalingen
- rubrika in het nederlands - deling, verdeling, baas, geleding, graad, tak, opperhoofd, ...
- rubáš in het nederlands - gordijn, overgordijn, scherm, doek, hullen, voorhang, voorhangsel, ...
- ruch in het nederlands - bewegen, radioactiviteit, onrust, passage, aangrijpen, woeling, actie, ...
- ruina in het nederlands - vernielen, ruïne, ravage, bouwval, verwoesten, verderven, puinhoop, ...
Willekeurige woorden
Rubín in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: blozend, robijn, rood, robijnrood, ruby, robijnrode, robijnen
Vertalingen: blozend, robijn, rood, robijnrood, ruby, robijnrode, robijnen