Sídlo in het nederlands
Vertaling: sídlo, Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Brontaal:
tsjechisch
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
domicilie, stelling, neerleggen, kont, identificeren, positie, leggen, oord, zitvlak, onderkomen, zetel, plek, stationeren, bips, plaatsen, kwartier, zitplaats, zitting, plaats
Verwante woorden
Vertalingen
- sídlit in het nederlands - poseren, broeden, resideren, zitten, koesteren, wonen, huizen, ...
- sídliště in het nederlands - landgoed, bezitting, woonwijk, verkaveling, nieuwbouwwijk, Perceel, huisvestingslandgoed
- síla in het nederlands - operatie, energie, bekwaamheid, afdeling, handeling, verplichten, spirit, ...
- sílit in het nederlands - groeien, telen, te groeien, groeit, laten groeien
Willekeurige woorden
Sídlo in het nederlands - Woordenboek: tsjechisch » nederlands
Vertalingen: domicilie, stelling, neerleggen, kont, identificeren, positie, leggen, oord, zitvlak, onderkomen, zetel, plek, stationeren, bips, plaatsen, kwartier, zitplaats, zitting, plaats
Vertalingen: domicilie, stelling, neerleggen, kont, identificeren, positie, leggen, oord, zitvlak, onderkomen, zetel, plek, stationeren, bips, plaatsen, kwartier, zitplaats, zitting, plaats